Wij Zijn Gibbertjes
Beste wolf, wil jij beweren
dat je niet weet wat ik ben
Ja, ik zei daarnet al dat
ik jullie dierensoort niet ken
Ik zag in mijn jonge leven
wel een eekhoorn of konijn
Maar vertel nu toch aan Wuppert
welke beesten jullie zijn
Wij zijn gibbertjes
Wij zijn gibbertjes
En wij gibberen van gib, gib, gib
(Zijn wij dan gibbertjes?)
Wij zijn gibbertjes M
aar lieve zus toch, dat gelooft geen kip Een kip
misschien wel niet
maar die domme wolf wel
Die oen gelooft gewoonweg
alles wat ik hem vertel
Dus wij zijn gibbertjes
Wij zijn gibbertjes
En wij gibberen, gibberen, gibberen
de hele dag maar door
Ik zocht eigenlijk drie biggetjes,
wonen die hier niet Nee, die zijn verhuisd,
wij wonen hier zoals je ziet
Die drie biggen waren dik en vet,
daar houdt een wolf wel van
Maar wij drie zijn helemaal niet lekker,
weet je hoe dat kan
Wel wij zijn gibbertjes
Wij zijn gibbertjes
En wij gibberen van gib, gib, gib
Zijn wij dan gibbertjes
Wij zijn gibbertjes
Maar lieve zus toch, dat gelooft geen kip
Een kip misschien wel niet
maar die domme wolf wel
Die oen gelooft gewoonweg
alles wat ik hem vertel
Dus wij zijn gibbertjes
Wij zijn gibbertjes En wij gibberen, gibberen, gibberen
de hele dag maar door
Dus als ik het goed begrepen heb,
dan kan ik beter gaan
Ja, dat is een goed idee,
je hebt je best gedaan
Wat moet je met een gibbertje,
ons vlees is taai en slecht
Wees maar zeker
dat je vader trots zal zijn als je hem zegt
Het waren gibbertjes
Echte gibbertjes
En ze gibberen van gib, gib, gib
(Het waren gibbertjes)
Echte gibbertjes
(Maar lieve Wuppert dat gelooft geen kip)
(Maar toch wel)
Een kip misschien wel niet, maar die domme Wuppert wel
Die oen gelooft gewoonweg
alles wat ik hem vertel
Het waren gibbertjes
Echte gibbertjes En die gibberen, gibberen, gibberen,
gibberen, gibber Gibber,
gibberen, gibberen, gibberen
De hele dag maar door